Oktoberfest
We wisten al dat Oktoberfestbier uit Munchen moet komen. Oktoberfest bier is namelijk een beschermde geografische aanduiding. Zie ons vorige blog.
Maar OKTOBERFEST is ook een Europees merk, geregistreerd voor vele producten en diensten op naam van Landeshauptstadt München. Is dit merk dan wel een geldig merk, nu het de naam is van een bierfeest dat overal ter wereld wordt gevierd? Wordt dit woord op producten als merk (herkomstteken) gezien of enkel als beschrijvende aanduiding? Deze vraag kwam aan de orde toen een ander merkenbureau (waarschijnlijk voor een klant die anoniem wilde blijven) een nietigheidsactie indienen tegen het Europese merk. Saillant detail was dat ten tijde van de aanvraag van OKTOBERFEST, het merk eerst ook was geweigerd door het Europese merkenbureau.
Het tijdstip waarop het vermeende beschrijvende karakter nu moet worden bekeken is de dag van indiening van het Europese merk. De eiser voerde divers documenten aan die het veelvuldige gebruik van de term zouden bewijzen. Interessant is ook het beroep op kwader trouw: door een merk in te dienen dat beschrijvend is en waarvan men wist dat iedereen dit gebruikte, handelt de verweerder onrechtmatig.
De verweerder is het hier uiteraard niet mee eens. Oktoberfest komt uit München en dat is algemeen bekend. Dit woord op producten wordt dan ook als merk gezien door de consument.
Het Europese merkenbureau bekijkt eerst de vraag of het merk beschrijvend is. Het bewijs dat is ingediend, heeft alleen betrekking op glazen en kleding. En ja, dit bewijs laat inderdaad zien dat er veelvuldig gebruik was van de benaming ten tijde van de aanvraag. Voor deze klassen slaagt de nietigheidsactie. Voor de overige producten en diensten is de relatie tussen het woord en de producten niet zo duidelijk.
Het beroep op kwader trouw kan ook niet slagen. De kwader trouw kan ontstaan als een persoon of bedrijf al ouder gebruik liet zien. Het aanvoeren dat het merk al in gebruik was door velen, laat niet zien wie deze bedrijven dan precies zijn. En zo kan dus ook niet worden beoordeeld of de aanvraag daarmee te kwader trouw was (het enige feit dat iemand al een identiek merk gebruikte, is niet afdoende om kwader trouw aan te nemen).
Zo is de nietigheidsactie voor 2 klassen succesvol maar voor het overgrote deel van de klassen niet. Heeft daarmee verweerder gewonnen? Wij zouden zeggen dat deze beslissing toch wat zorgelijk is, het is immers wachten op overtuigend bewijs van het generieke gebruik van de benaming voor overige producten.