Uw merk in onderpand geven, is dat verstandig?

Uw merk in onderpand geven, is dat verstandig? Een rechtszaak over het faillissement van D-Reizen en de problemen van de curatoren om het merk te verkopen, laat zien waar u bij merk-verpanding mee te maken kunt krijgen.

Een pandrecht vestigen op een geregistreerd merk zal niet voor iedereen gesneden koek zijn. Toch is het heel gebruikelijk dat een merk als onderpand voor een financiering wordt gegeven. De merkhouder kan het merk dan gewoon blijven gebruiken, maar de bank kan het merk verkopen wanneer de lening niet wordt afgelost. Bij een faillissement moeten de curatoren de verschillende belangen heel goed afwegen.

Wel het bedrijf, niet het merk?

De rechtszaak over D-Reizen gaat over het pandrecht op de merkrechten. Na het faillissement van D-Reizen zijn de curatoren een doorstart overeengekomen met een nieuwe partij, Prijsvrij. Onderdeel van de doorstart is de overname van alle merkrechten en andere IE-rechten door Prijsvrij voor €500.000,-. Maar een aantal oud-bestuurders van D-Reizen stelt een pandrecht te hebben dat €2.000.000,- waard is en weigert mee te werken aan de overdracht. De curatoren vinden dat er sprake is van misbruik van het pandrecht en vorderen in kort geding dat de pandhouders meewerken aan de doorstart van D-Reizen.

Een uitgebreide belangenafweging

De rechter gaat mee met de stelling van de curatoren, maar pas na een uitgebreide belangenafweging. Een onderpand moet normaliter in het openbaar worden verkocht, maar een uitzondering is mogelijk wanneer de pandhouder niet zozeer de hoogste verkoopprijs nastreeft (waar het doorgaans bij een pandrecht om gaat), maar met het pandrecht de afwikkeling van het faillissement wil beïnvloeden. Dat is hier het geval, volgens de rechter. De pandhouders hebben vergaande eisen gesteld, die de noodzakelijke handelingsvrijheid van de curatoren belemmeren. Bovendien wordt de rechtsgeldigheid van het pandrecht nog betwist, wat een ‘bijzondere prudentie’ met zich meebrengt bij het gebruik van de pandrechten. Daarnaast valt de belangenafweging in het voordeel van de curatoren uit, omdat de waardering van de rechten op € 500.000,- aannemelijk is.

De belangen zijn groot

Ten slotte, en dat is eigenlijk de belangrijkste overweging, stelt de rechter dat de belangen aan de kant van de curatoren groot zijn. “De doorstart leidt ertoe dat 140 winkels open kunnen blijven en dat 650 medewerkers hun arbeidsplaats behouden. Of een volgende doorstartpoging tot een even goed of beter resultaat zal leiden is volstrekt onduidelijk.” De rechter gebiedt de oud-bestuurders daarom mee te werken aan de doorstart en het pandrecht vrij te geven.
Meer weten over het verpanden van merkrechten? Onze merkenadviseurs informeren je er graag over.

Vorige
Vorige

De sport van het inhaken

Volgende
Volgende

Naar welk soort merken kan onderzoek gedaan worden?